Stift Engelszell



Stift Engelszell


De abdij Stift Engelszell bevindt zich in Engelhartszell in het noorden van Hoog-Oostenrijk, aan de Donau, in een vallei met bosrijke heuvels. De abdij bevindt zich op 60 km ten westen van Linz et op 25 km ten oosten van de Duitse grens et van de stad Passau. Engelszell, letterlijk de “Cella Angelorum” bestond tussen 1293 en 1786 als cisterciënzer abdij. Het laatste grote project van haar eerste bestaan bestond in de bouw van een nieuwe abdijkerk in Rococo-stijl, die tot op vandaag een pracht van een kerk is voor bezoekers van heel Europa. Gedurende de 19de eeuw was de abdij in privé handen terecht gekomen. Slechts in 1925 zijn monniken weer in de abdij ingetrokken. Het waren cisterciënsermonniken, deze keer van de Strikte Observantie, ook trappisten genaamd. De eigenaar had Engelszell immers verkocht aan een groep Duitse Trappisten van de Abdij Oelenberg in de Elzas. Op die manier werd Oelenberg het moederklooster van een stichting in Oostenrijk, m.n. Engelszell.

2de Wereldoorlog

Deze tweede fase in de geschiedenis van Engelszell werd abrupt onderbroken door de Gestapo van het Hitlerregime. In 1939 werd het klooster gesloten en werden 73 monniken gearresteerd en verdreven. Vijf broeders werden naar een concentratiekamp gedeporteerd, vier van hen lieten er het leven. Na de 2de Wereldoorlog zijn 23 monniken terug naar Engelszell gekomen en hebben er het monastieke leven hervat. Ze werden versterkt door 15 Duitse Trappisten die gevlucht waren vanuit de Abdij Mariastern in Bosnië (Yoegoslavië). Ze waren verplicht te aanvaarden om het gemedicaliseerd huis dat tijdens de oorlogsjaren in de abdij gevestigd was, mee te beheren. Dit huis bestaat vandaag nog steeds. Het wordt thans door Caritas beheerd en is nu ondergebracht in nieuwe en moderne gebouwen in de nabijheid van de abdij. De monniken die het monastieke leven en zijn economie hersteld hebben in de ruime historische site van Engelszell vormden een gemeenschap die steeds maar kleiner werd, terwijl de taken en uitdagingen alsmaar groeiden.

Economie

Dit zijn de economische sectoren waarin de monastieke gemeenschap van Engelszell actief is: bosontginning (140 ha bos); landbouw (60 ha sedert kort in pacht gegeven); likeurstokerij (ongeveer 30.000 liter per jaar); een site voor stadsverwarming op basis van biomassa (voor een groot deel vanuit eigen bossen) voor de energiebehoeften van de abdij, het Caritashuis en de vele huizen in de buurt; de abdijwinkel aan de abdijpoort; twee kleine hydro-electrische centrales voor de behoeften van de abdij; het verhuren van gebouwen die de monniken niet meer gebruiken. Likeuren Er is het vooroorlogs monastiek product dat nog steeds erg populair is: de “Magenbitter” (maagelixir), de onbetwiste nummer één in de likeurproductie van Stift Engelszell. Daarnaast is er nog een dozijn andere likeuren. Wat de kaas betreft, zijn er twee tradities. Enerzijds werd er reeds vóór de oorlog kaas gemaakt in Engelszell, en anderzijds brachten de monniken uit Mariastern hun eigen kaastraditie mee. Een paar jaar geleden, hebben we besloten tot hervatting van de traditie van het maken van kaas, maar de bevriende van de cisterciënzerabdij van Schlierbach produceert onze Engelszeller kaas in haar moderne kaasmakerij. Engelszell is het enige OCSO-klooster in Oostenrijk, en ligt ver van de overige Duitstalige huizen. Bovendien is de gemeenschap klein. Met het oog op het vinden van een afzetmarkt voor onze producten, zijn we er dus op aangewezen om samen te werken met andere kloosterordes in Oostenrijk, alsook met andere kleinschalige producenten.