La Trappe



Abdij O.L.Vrouw van Koningshoeven


Abdij Koningshoeven is gesticht in 1881. Deze stichting kwam voort uit een antigodsdienstige houding van de Franse regering in die dagen. De abt van het trappistenklooster de Katzberg maakte zich zorgen over te toekomst van zijn gemeenschap en wilde een veilig heenkomen achter de hand hebben mocht de situatie te precair worden. Binnen enkele jaren kwam de gemeenschap tot bloei door de vele roepingen uit de Nederlanden. Een werkelijke vlucht uit Frankrijk is nooit nodig geweest. Onder de eerste monniken die intraden zat een brouwerszoon uit München. Daarom achtte de eerste overste, Dom Nivardus, het verstandig buiten de landbouwactiviteiten die nauwelijks iets opleverden een brouwerij te starten.

Tot op de dag van vandaag vormt de brouwerij één van de bronnen van inkomsten voor de gemeenschap. Binnen het monastieke leven is het voortdurend een zoeken naar evenwicht tussen ora en labora. Door het sterk afnemende aantal monniken heeft de gemeenschap moeten zoeken naar aanpassingen om op een verantwoorde wijze te laten functioneren waarbij het monastieke leven gewaarborgd bleef. Het heeft geresulteerd in een samenwerkingsovereenkomst met de Nederlandse Brouwerij Bavaria bv. Op grond van deze overeenkomst is de brouwerij van Koningshoeven geworden tot ‘de Koningshoeven bv’ een zelfstandige dochteronderneming van Bavaria. Bavaria huurt sinds 1997 van de abdij de gebouwen en produceert in opdracht en onder toezicht van de abdij onder de merknaam ‘la Trappe’ ons bier in verschillende varianten. De distributie en productie vinden eveneens onder toezicht van de abdij plaats. Om alles in goede harmonie te laten verlopen wordt de directie gevormd door een vakbekwame directeur van buiten die de dagelijkse leiding heeft en één van de monniken die benoemd is door de abt als directeur. Beide directieleden hebben dagelijks kort overleg en leggen iedere 6 weken verantwoording af aan een stichtingsbestuur waarin de abt zitting heeft en enkele adviserende leden van buiten het klooster. De monniken zijn tevens betrokken bij inpakwerkzaamheden van biergeschenkverpakkingen en bij de verkoop via de kloosterwinkel.

Bakkerij

Al wat langer staan de monniken niet meer feitelijk in de brouwketel te roeren. Daarom is de gemeenschap enkele jaren geleden opnieuw gaan nadenken over zinvolle monastieke arbeid. Het werd vooral gezocht in de ambachtelijke sfeer. Allereerst is er op bescheiden schaal gestart met een kloosterwinkel. Daarna kwam het idee op om voor een deel de winkel van eigen producten te voorzien. Dit idee correspondeerde met de gedachte om zelf brood te gaan bakken. Zo kwam er een bakkerij die door de monniken zelf is opgezet en wordt gerund. Eén keer in de week wordt er brood gebakken en 1 keer per week roomboterkoekjes. Een deel van het volkorenbrood en een heel klein deel van de koekjes zijn voor eigen gebruik en het gastenhuis. De meeste producten worden verkocht aan het proeflokaal en in de winkel. Tevens is er een speciaal abdijbrood ontwikkeld waarin bierbostel is verwerkt. Ook hebben we ingespeeld op de wens van de klanten naar gezonde voeding en wordt er 1 keer per week zuurdesembrood gebakken volgens een heel eigen procédé.

Chocolade

Sinds een jaar zijn we gestart met het maken van chocolade in tabletvorm en truffels onder de naam Quatruffel omdat in de vulling quadruppel is verwerkt. De chocoladeproducten worden verkocht in de kloosterwinkel. Twee monniken maken de chocolade. Een groot deel van de communiteit assisteert een keer per week bij de inpak van zowel de koekjes als de chocolade. Een monnik leeft van het werk van zijn handen, maar hij werkt niet voor eigen gewin. Een deel van de inkomsten uit arbeid en verkoop van de producten is bestemd voor ‘het dagelijks brood’ en het onderhoud van de gebouwen. Een substantieel ander deel wordt aangewend voor de noden van de behoeftige mens binnen en buiten de grenzen van het land.